Acinonyx pardinensis

De reuzencheeta (Acinonyx pardinensis) was een oude cheetahsoort, een levend geslacht. De reuzencheeta was twee keer zo groot als de huidige cheeta, en daardoor was hij iets langzamer.

Kenmerken

Dit dier had aanpassingen aan de grotere lichaamsomvang die bij de moderne cheeta niet aanwezig zijn, zoals soepelere en sterkere spieren die hem in staat stelden lange passen te nemen, waarbij hij met elke pas meer dan 4 meter vooruit kwam. Zoals bij moderne jachtluipaarden bracht de lange staart het lichaam in evenwicht en stelde hem in staat zich snel om te draaien, even wendbaar als prooidieren uit die tijd, zoals de Gazellospira. Het is mogelijk dat deze soort, net als het moderne jachtluipaard, niet langer dan een minuut op hoge snelheid kon rennen, omdat zijn spieren dan oververhit zouden raken. De ruggengraat was zeer flexibel en liet hem toe grote sprongen te maken. Dit dier was ongeveer even groot als een leeuw, maar was veel lichter, woog ongeveer een derde van het gewicht van een moderne leeuw.Het was iets groter dan een luipaard, maar kleiner dan een tijger

Verspreiding en habitat

De reuzencheeta bewoonde Europa en Noord-Azië. Hij leefde in bossen die niet erg weelderig waren omdat hij niet kon klimmen. Hij is uitgestorven in Afrika en Zuid-Azië (behalve Sumatra) door concurrentie met het luipaard.

Voeding

Hij was carnivoor, maar zijn dieet was gevarieerd. Van de kleine Reeves muntjak, via steenbok en dikhoornschaap, tot prooien zo groot als eland, sambar en elasmothere, prooien aanzienlijk groter dan de grootste prooien van het huidige jachtluipaard (Thomson’s gazelle en wildebeest).