Amesha Spenta
“De Weldadige Onsterfelijken,” zoals zij in de Avesta worden genoemd. Volgens de leer van Zoroaster zijn zij de “aartsengelen” van Ahura Mazda. Vanaf de Indo-Iraanse periode waren de klassen en functies van de maatschappij drieledig, en elk had goddelijke beschermheren. De belangrijkste functie, de soevereiniteit, had als beschermgoden twee hoofdgoden, Varuna, de bewaker van de Ware Orde, en Mitra (het Contract, de Vriend). In het systeem van Zoroaster combineert Ahura Mazda de twee aspecten van soevereiniteit. Deze functie blijft echter, evenals de andere functies, onder een hiërarchie van aartsengelen staan, waarin de Ware Orde, Arta, de hoogste plaats inneemt, boven Vohu Manah (het Goede Verstand), die de plaats inneemt die voorheen door Mitra werd ingenomen. De tweede functie, fysieke kracht en vechten, had Indra als beschermheer. In het systeem van Zoroaster komt Khshathra (Heerschappij) daarmee overeen, terwijl Indra zelf als daēva blijft voortbestaan. De derde functie, vruchtbaarheid, had als beschermgodin een veranderlijke en veelvoudige godin, met wie de aartsengel Ārmaiti (Devotie) overeenkomt. De tegenhangers van de tweeling beschermgodinnen, Nāsatya (Genezers), zijn de aartsengelen Haurvatāt en Ameretāt (Gezondheid en niet-Dood). Een van de tweelingen overleefde als een daēva met de naam Nāonhaithya. Ook is er de god Vāyu (Kosmische Wind), een soort Janus, die heerst over het dubbelzinnige begin, dat bij Zoroaster de initiële keuze werd tussen Goed en Kwaad, vertegenwoordigd door de twee Mainyus of Geesten, Spenta Mainyu (de Weldadige of Heilige Geest) en Anra Mainyu (de Destructieve Geest).
Zie ook: daevas; perzische religie, oud; zoroaster (zarathustra).