Ancient Roman Board Game Found in Norwegian Burial Mound
Archaeologen die een grafheuvel in het westen van Noorwegen opgroeven, hebben een ruwweg 1700 jaar oud Romeins bordspel ontdekt, meldt de staatsomroep NRK.
De vondst dateert van rond 300 na Chr, en plaatst het in de Romeinse IJzertijd, die liep van 1 tot 400 n.Chr. Volgens een verklaring van het Universiteitsmuseum van Bergen, bevat de vondst een langwerpige dobbelsteen en 18 spel fiches. Onderzoekers zeggen dat de ontdekking zal helpen bij het vaststellen van de omvang van de culturele uitwisseling tussen Rome en Scandinavië in die periode, alsmede de maatschappelijke betekenis van kansspelen in die tijd.
Een vierzijdig speelstuk met nul tot vijf cirkels gegraveerd op elk van de vlakken, de dobbelsteen is “zeer zeldzaam,” vertelt archeoloog Morten Ramstad aan NRK. Minder dan 15 van dergelijke dobbelstenen zijn tot nu toe in Noorwegen gevonden.
Volgens de verklaring, kan het bordspel zijn geïnspireerd door een populair Romeins tijdverdrijf: Ludus latrunculorum, of het “Spel van de huurlingen.” Vergelijkbaar met schaken of backgammon, ging de krachtmeting met twee spelers vooraf aan het populaire spel Hnefatafl uit de Vikingtijd, of de “Koningstafel.”
Om Hnefatafl te spelen, streden een koning en zijn verdedigers tegen taflmen, of aanvallers, die ruwweg twee tegen één in aantal overtroffen, schreef Meilan Solly voor Smithsonian magazine eerder dit jaar. Terwijl de mannen van de koning hem in veiligheid probeerden te brengen in een van de vier hoeken van het bord, probeerden de taflmen de ontsnapping te dwarsbomen. Om het spel te beëindigen, bereikte de koning ofwel het toevluchtsoord ofwel gaf hij zich over aan gevangenschap.
De Noorse grafheuvel die de nieuw geopenbaarde spelstukken opleverde, bevatte ook botfragmenten, potten van aardewerk, een bronzen naald en glasscherven, meldt Yasemin Saplakoglu voor Live Science. Alle voorwerpen waren zwartgeblakerd met roet van wat volgens de archeologen een brandstapel was voor een hooggeplaatst lid van de samenleving.
“Dit zijn statusobjecten die getuigen van contact met het Romeinse Rijk,” waar dergelijke spelen populair waren, vertelt Ramstad aan NRK. “Mensen die zo speelden waren de lokale aristocratie of de hogere klasse. Het spel liet zien dat je de tijd had, de winst en het vermogen om strategisch te denken.”
Onderzoekers vonden de spelstukken op de vindplaats Ytre Fosse in het westen van Noorwegen. Ytre Fosse kijkt uit over de zeestraat Alverstraumen, die eens deel uitmaakte van een belangrijke handelsroute die bekend stond als de Nordvegen, of “noordelijke weg,” meldt George Dvorsky voor Gizmodo. Deze zeeroute, die Noord-Noorwegen verbond met Zuid-Scandinavië en Europa, gaf Noorwegen later zijn naam.
Ramstad vertelt aan NRK dat wie een deel van de Alverstraumen controleerde, zichzelf kon verrijken door van de passanten belasting te eisen in de vorm van geld of geïmporteerde goederen. Het begraven van elite personen langs de zeestraat was een “politieke keuze” die macht en controle demonstreerde, legt de archeoloog uit aan Live Science. Vergelijkbare grote graven zijn langs de zeestraat gevonden, aldus de verklaring, en een dergelijk scenario zou een plausibele verklaring bieden voor hoe het Romeinse spel zijn weg vond naar een oude Noorse begrafenis.
De vondst verbindt Noorwegen met het bredere netwerk van communicatie en handel in heel Scandinavië, vertelt archeologe Louise Bjerre aan NRK. Tegelijkertijd beginnen de stukken een portret te schetsen van het dagelijks leven van de Noren in de vroege Romeinse IJzertijd.
In gesprek met NRK zegt Ramstad dat het duizenden jaren oude spel “ons vertelt dat de mensen toen niet veel van ons verschilden.”