Blinatumomab: A First-in-Class Bispecific T-Cell Engager for Precursor B-Cell Acute Lymphoblastic Leukemia
Doelstelling: Een overzicht geven van de klinische farmacologie, werkzaamheid en veiligheid van blinatumomab voor de behandeling van pediatrische en volwassen precursor B-cel acute lymfoblastische leukemie (B-ALL).
Gegevensbronnen: Een literatuursearch van EMBASE (1947 tot april 2015), Medline (1946 tot april 2015), PubMed (1996 tot april 2015), de Amerikaanse National Institutes of Health Clinicaltrials.gov, de Food and Drug Administration, en relevante vergaderabstracts werd uitgevoerd met behulp van de termen blinatumomab, BiTE, bispecifieke T-cel engager, MT103, MEDI-538, en Blincyto.
Selectie van studies/gegevensextractie: Menselijke en dierlijke studies die de farmacologie, farmacokinetiek en farmacodynamiek, werkzaamheid en veiligheid van blinatumomab voor precursor B-ALL beschreven, werden geïdentificeerd.
Gegevenssynthese: Blinatumomab is een eersteklas bispecifiek T-cel engager (BiTE) antilichaam afgeleid van een B-lijn specifiek antitumor muismonoklonaal antilichaam dat zich zowel bindt aan CD19 van B-cellen als aan CD3 van T-cellen. Een cruciale fase II-studie toonde aan dat de respons hoog was in een refractaire of recidiverende patiëntenpopulatie, waarbij 43% een complete remissie (CR) bereikte. De mediane recidiefvrije overleving was 5,9 maanden voor degenen met CR of CR met onvolledig hematologisch herstel. De mediane overall survival was 6,1 maanden, en 60% van de patiënten bereikte minimale residuele ziekte (MRD) negativiteit. De meest voorkomende bijwerkingen waren pyrexie, neurologische verschijnselen, hoofdpijn, febriele neutropenie, perifeer oedeem, misselijkheid, hypokaliëmie, constipatie, en anemie.
Conclusies: Blinatumomab is een nieuw BiTE therapeutisch monoklonaal antilichaam dat veelbelovende resultaten heeft laten zien bij patiënten met recidief of refractaire ALL of patiënten die een CR bereiken met persisterende MRD. Fase III klinische studies moeten de optimale plaats in de therapie van blinatumomab bepalen.