De grote Archosaurus-lijn
Archosauria (de “heersende reptielen”) is een belangrijke groep van diapsiden, die zich van de andere diapsiden onderscheidt door de aanwezigheid van enkele openingen in elke zijde van de schedel, voor de ogen (antorbitale fenestrae), naast andere kenmerken.
Dit is een voortzetting van de trend bij de Tetrapoden om de schedelbeenderen te verkleinen door de samensmelting van meerdere beenderen en de opening van offenestrae in de schedel. Dit helpt om de schedel lichter te maken, geeft meer ruimte voor spieren en andere weefsels, en maakt meer schedel flexibiliteit (kinesis) mogelijk bij het eten. Andere typische archosaurische kenmerken zijn een andere opening in de onderkaak (de mandibulaire fenestra), een hoge smalle schedel met een spitse snuit, in kassen gezette tanden (thecodontische tandimplantatie genoemd), en een gewijzigd enkelgewricht.
De voorouders van de archosauriërs ontstonden waarschijnlijk zo’n 250 miljoen jaar geleden, in de late Permperiode. Hun nakomelingen (zoals de dinosauriërs) domineerden het rijk van de gewervelde landdieren gedurende een groot deel van het Mesozoïcum. Vandaag bestaan alleen de vogels en de krokodilachtigen nog om een glimp op te vangen van de vergane glorie van de archosauriërs.
Klik op de onderstaande knoppen om meer te leren over Archosauriërs.
Suggesties voor links naar archosauriërs:
Geniet van deze leuke pagina over alligators en krokodillen.
De bibliografie van de biologie van krokodilachtigen