Groot huis
Er is geen precieze definitie van “groot huis”, en het begrip verschilt van land tot land. In Engeland hebben de meeste dorpen al sinds mensenheugenis een landhuis, waar oorspronkelijk de landheer woonde en dat soms “het grote huis” wordt genoemd, maar niet alle dorpen hebben zoiets overdadigs als een traditioneel Engels landhuis, een van de traditionele kenmerken van een gevestigde “county”-familie die ten minste een deel van haar inkomsten uit grondbezit haalde. Statige huizen, nog zeldzamer en duurder, werden geassocieerd met de adel, niet met de adel. Veel landhuizen werden in de 20e eeuw gesloopt; families die voorheen hun tijd verdeelden tussen hun landhuis en hun stadshuis vonden het onderhoud van beide te duur. Veel landhuizen zijn nu opengesteld voor het publiek als historische huismusea, hetzij gerund door hun voorvaderlijke eigenaars op commerciële basis, hetzij geschonken aan English Heritage of soortgelijke organisaties. Andere doen dienst als hotel of trouwlocatie. Sommige doen nog steeds dienst als familiezetel.
In Ierland is de term groot huis gebruikelijk voor de huizen van de Anglo-Ierse ascendantie.
In de Verenigde Staten zijn grote huizen te vinden in straten die informeel bekend staan als “millionaires’ mile” (of “row”) in bepaalde steden.
In Jamaica is “great house” de standaardterm voor het huis in het centrum van het plantageleven, wat in de Verenigde Staten een plantagehuis wordt genoemd.
Een overeenkomst tussen de landen is dat de familie die het grote huis bewoonde, in de minderheid was, vaak sterk in de minderheid, door hun personeel. Er bestond vaak een uitgebreide hiërarchie onder de bedienden, die de mensen tegenwoordig waarschijnlijk het best kennen van televisiedrama’s als Downton Abbey.
Zoals vroeger zijn de grote huizen van vandaag beperkt tot staatshoofden, de zeer rijken of degenen die ze hebben geërfd; slechts weinige in de ontwikkelde wereld hebben een personeelsbezetting van het niveau van de afgelopen eeuwen. Tegenwoordig schat de International Guild of Butlers dat het jaarsalaris van een 20-25-koppige huishoudelijke staf meer dan 1.000.000 dollar bedraagt.