Intraveneus amiodaron kan nuttig zijn voor acute controle van de ventriculaire snelheid (bij afwezigheid van pre-excitatie) bij patiënten met atriumflutter en systolisch hartfalen, wanneer bètablokkers gecontra-indiceerd of ineffectief zijn

Richtlijn: Supraventriculaire Tachycardie: Richtlijn voor de behandeling van volwassen patiënten met

Document Section: Atriale Flutter > Acute behandeling

Aanbeveling

Klasse: IIa Bewijsniveau: B-R

Intraveneus amiodaron kan nuttig zijn voor acute controle van de ventriculaire snelheid (bij afwezigheid van pre-excitatie) bij patiënten met atriumflutter en systolisch hartfalen, wanneer bètablokkers gecontra-indiceerd of ineffectief zijn.

Uitleg

Amiodaron kan nuttig zijn voor rate control bij niet-voorgeëxciteerd atriumflutter vanwege de vertraging van de geleiding door de AV-knoop en de verlenging van de AV-knoop refractoriness. Omdat het minder negatief inotroop effect heeft dan bètablokkers, diltiazem en verapamil en mogelijk minder hypotensie veroorzaakt, kan het de voorkeur krijgen bij ernstig zieke patiënten of bij patiënten met een twijfelachtige hemodynamische stabiliteit. Vanwege de mogelijke toxiciteit mag amiodaron bij de meeste patiënten niet worden gebruikt voor langdurige snelheidsbeheersing. Hoewel het onwaarschijnlijk is, kan amiodaron leiden tot conversie van atriumflutter naar sinusritme, dus potentiële risico’s en voordelen moeten worden overwogen voor patiënten met atriumflutter die ≥48 uur duurt en die niet adequaat anticoagulant zijn (10). Amiodaron wordt echter meestal alleen gebruikt voor snelheidsbeheersing wanneer andere opties zeer beperkt zijn. Voor patiënten met atriumflutter wordt antitrombotische therapie aanbevolen volgens hetzelfde risicoprofiel dat voor AF wordt gebruikt.