Song Hallelujah van Leonard Cohen

Hallelujah is een lied gecomponeerd door Leonard Cohen, opgenomen op het album Varius Positions uit 1984. Het lied werd later opgenomen door Jeff Buckley in 1994, en heeft de overhand gekregen als een van de mooiste versies.

Vele artiesten hebben dit lied opgenomen en het is opgenomen in verschillende films en reclamespots. De eerste versie heeft vier coupletten en Jeff Buckley’s versie heeft er vijf. Samen tellen de twee versies zeven strofen.

Originele versie van Leonard Cohen

Hallelujah Cohen

Ow, I’ve heard there was a secret chord
That David played, and it pleased the Lord
But you don’t really care for music, do you?
Het gaat zo, de vierde, de vijfde
De mineur-val, de majeur-heffing
De verbijsterde koning componeerde halleluja
Halleluja, halleluja
Jouw geloof was sterk, maar je had bewijs nodig
Je zag haar baden op het dak
Haar schoonheid en het maanlicht overrompelden je
Ze bond je vast aan een keukenstoel
Ze brak je troon, and she cut your hair
And from your lips she drew the hallelujah
Hallelujah, hallelujah
You say I took the name in vain
I don’t even know the name
Mut if I did, well really, what’s it to you?
Er is een gloed van licht in elk woord
Het maakt niet uit welke je hoorde
Het heilige of het gebroken halleluja
Halleluja, halleluja
Ik deed mijn best, het was niet veel
Ik kon niet voelen, dus probeerde ik aan te raken
Ik heb de waarheid verteld, ik ben niet gekomen om je voor de gek te houden
En ook al ging het allemaal mis
Ik zal staan voor de heer van het lied
Met niets op mijn tong dan halleluja
Halleluja…

Vertaald

Oh, ik heb gehoord dat er een geheime melodie
was die David speelde en het behaagde de Heer
Maar je geeft echt niet om de muziek, of wel?
Zo gaat de vierde, de vijfde
De mineur valt, de majeur stijgt
De verbijsterde koning componeert Hallelujah

Hallelujah (4x)

Jouw geloof was sterk maar je had een test nodig
Je zag haar baden op het dak
Haar schoonheid en het maanlicht overvielen je
Ze bond je vast aan een keukenstoel
Ze brak je troon, en ze knipte je haar af
En van je lippen schetste ze halleluja

Halleluja (4x)

Je zegt dat ik haar naam ijdel heb gebruikt
Ik ken die naam zelf niet eens
Maar als ik dat wel had gedaan, nou, wat gaat het jou aan?
Er is een lichtstraal in elk woord
Het maakt niet uit welk woord je hoorde
Hallelujah heilig of gebroken

Hallelujah (4x)

Ik deed mijn best, maar het was niet genoeg
Ik kon niet voelen, dus probeerde ik te raken
Ik had de waarheid gesproken, Ik ben niet gekomen om u te bedriegen
En al ging het mis
Ik zal staan voor de Heer van het lied des Heren
Met niets op mijn tong dan Hallelujah

Hallelujah (18x)

Analyse en interpretatie

De eerste strofe verwijst naar de Psalmen van David en ook naar het lied zelf, zodat het als metalinguïstisch wordt beschouwd. De uitdrukking “hallelujah” is een manier om de psalmen van David te beginnen of te eindigen. De vierde en vijfde, mineur en majeur, verwijzen naar de noten van de toonladder die de melodie vormt van de Hallelujah-regel.

De bijbelse verwijzingen gaan door in de tweede strofe. Het bad op het dak verhaalt van David die, bij het zien van een badende vrouw, verliefd wordt op haar schoonheid en overspel met haar pleegt, hetgeen God boos maakt.

De volgende passage is een verwijzing naar de zaak van Samson en Delila. Simson was een rechter van Israël, begiftigd met bovenmenselijke kracht, verleend door de Heilige Geest om de Filistijnen te bestrijden. Hij trouwt met Delila, die een Filistijnse is. Zij knipt Simsons haar af, dat de bron van zijn kracht was, en levert haar man uit aan de vijanden.

In beide verwijzingen hebben we belangrijke mannen in de Bijbel gemeen die uit de gratie vallen vanwege hun begeerten. Psalm 51 is er een waarin Koning David berouw toont over de zonde van overspel en God om vergeving vraagt. Het staat bekend als “het hoofdstuk van berouw.”

Een mogelijke interpretatie is dat de hele passage verwijst naar David. Zijn sterkste punten waren zijn karakter en zijn intelligentie. Wanneer David verraad pleegt, verliest hij een deel van zijn kracht en zijn heerschappij van gerechtigheid, vandaar dat het de zonde is die naar voren komt in een van de mooiste oudtestamentische liederen ter ere van God.

In de derde strofe wordt verwezen naar het derde gebod: gij zult mijn naam niet ijdel gebruiken. In de Joodse traditie is het zelfs niet toegestaan Gods naam uit te spreken, dus wordt deze vervangen door andere namen. Volgens sommige geleerden is Gods naam dus onuitspreekbaar.

In deze strofen zal het ter discussie stellen van het gebruik van Gods naam samenvallen met de lofprijzing van het Hallelujah. De schrijver vraagt wat de betekenis is van Gods naam. Hij bevestigt dat elk woord een lichtstraal bezit, die het gebruik van elk woord kan rechtvaardigen, zelfs als het verboden is.

De uiting van lof aan God (halleluja) kan ook gezien worden als een klaagzang van pijn, zoals in Psalm 51. De ongevoeligheid die hem niet laat voelen en de behoefte om aan te raken. Hij verklaart dat het niet zijn bedoeling is geweest iemand te bedriegen.

Op het einde, ondanks de resultaten, toont de zanger zijn geloof als hij, ongeacht de gebeurtenissen, zich neerbuigt voor de muziek van God.

Interpretatie

Hallelujah is een lied over geloof en spiritualiteit, met veel vragen over religiositeit. Het lied heeft een stem in de eerste persoon die zich tot een geadresseerde richt en heeft een refrein dat het woord hallelujah intoneert. Deze verteller stelt soms vragen aan de geadresseerde, die de houder lijkt te zijn van religieuze dogma’s, maar die niet veel geloof bezit.

Oh, ik heb gehoord dat er een geheime melodie
was die David speelde en het behaagde de Heer
Maar je geeft niet echt om de muziek, of wel?

Goddelijke muziek is voor de geadresseerde van geen belang, en daarom beschuldigt hij de zanger ervan Gods naam ijdel te gebruiken.

Je zegt dat ik zijn naam ijdel heb gebruikt
Ik ken die naam zelf niet eens
Maar als dat wel zo was, wat heb jij er dan aan?

De auteur vertelt ons over de zonden en verleidingen waarin de geadresseerde vervalt, waarbij hij bijbelpassages als referentie gebruikt. De geadresseerde bevindt zich in ongenade vanwege zijn verlangen en, in tegenstelling tot David die berouw toont over zijn zonde en een prachtige psalm maakt, zwijgt hij. Degene die “halleluja” zingt (halleluja) is de vrouw.

In een van de mooiste gedeelten van het lied spreekt de auteur over de naam van God, waarbij hij aan de kaak stelt dat die ijdel wordt gebruikt. Daarom rechtvaardigt hij zichzelf door te beweren dat hij zelfs de naam van God niet kent. Hij vervolgt met een prachtig beeld, waarin elk woord een lichtstraal bezit en het niet uitmaakt of het wanhopig of heilig is, want elk woord straalt in zekere mate.

In de laatste strofe komt de auteur in het reine met zijn fouten en toont hij berouw. Zijn eigen gebrek aan geloof komt aan de orde wanneer hij toegeeft dat hij niet in staat is geweest om te voelen. Daarom buigt hij zich op het einde voor Gods muziek.

Leonard Cohen groeide op in een Joods gezin en toonde van jongs af aan belangstelling voor theologie en het Oude Testament. We zien deze interesse in dit lied in al zijn verwijzingen. Naarmate hij rijper wordt, wordt Cohen boeddhist tot het punt dat hij in tempo heeft geleefd. Het refrein van Hallelujah, dat 18 keer wordt herhaald, lijkt dan ook op een boeddhistische mantra.

Aanvullende verzen

Dit lied kent andere versies waarin we nog drie andere strofen kunnen vinden:

Mut baby I’ve been here before
I’ve seen this room and I’ve walked this floor
You know, I used to live alone before I knew ya
And I’ve seen your flag on the marble arch
And love is not a victory march
It’s a cold and it’s a broken Hallelujah
Hallelujah, hallelujah
Wel er was een tijd dat je me liet weten
Wat er hier beneden echt aan de hand is
Maar nu laat je me dat nooit meer zien
Maar weet je nog toen ik in je bewoog
En de heilige duif bewoog ook
En elke ademtocht die we namen was Hallelujah
Hallelujah, hallelujah
Misschien is er een God daarboven
Maar alles wat ik ooit van de liefde heb geleerd
Was hoe je iemand neerschiet die je te slim af was
En het is geen schreeuw die je ’s nachts hoort
Het is niet iemand die het licht heeft gezien
Het is een kou en het is een gebroken Hallelujah
Hallelujah, hallelujah

Transducción

Pero amor, yo ya estuve aquí antes
He visto esta habitación y he caminé en este suelo
Tú lo sabes, yo acostumbraba vivir solo antes de ti
Y veo tu bandera en el marco de mármol
Y el amor no es una marcha victoria
Es un aleluya frío y roto.

Hallelujah (4x)

Er was dus een tijd dat je me liet weten
Wat er werkelijk van binnen omgaat
Maar nu laat je het me nooit zien, of wel?
Herinner je toen ik naar je toe kwam
En de heilige duif kwam ook
En al de adem was een…

Hallelujah (4x)

Misschien is er een God in de hemel
Maar alles wat ik over liefde heb geleerd
Was hoe je iemand neerschiet die je vernietigd
En het is geen kreet die je hoor je in de nacht
Het is niet iemand die het licht ziet
Het is een koud en gebroken Hallelujah

Interpretatie

De toegevoegde strofen lijken zich enigszins te distantiëren van de originelen. Zij behouden het thema van de spiritualiteit, en nemen dus een toon aan van bekentenis en liefdevolle relatie. De geadresseerde verschijnt als “baby”, een liefkozende naam.

In deze versie gaat het niet om spiritualiteit, maar om de liefdesrelatie. De auteur begint met te vertellen hoe hij de plaats kende voordat hij de geadresseerde ontmoette.

Een sterk beeld van een vlag op een marmeren boog verschijnt daarna. De beroemdste marmeren boog ter wereld is de Arc de Triomphe, waar het graf van de onbekende soldaat zich bevindt.

De strofe gaat verder over de liefde. Het beeld is een beetje somber en zo voelt ook het halleluja somber en gebroken aan.

De tweede strofe is een herinnering aan de tijd dat de relatie werkte en het paar in harmonie leefde. Het lied maakt een verwijzing naar de heilige duif die kan worden gezien als de heilige geest. In die tijd van verstandhouding werd elke ademhaling van het paar een halleluja.

De laatste strofe is een geloofsvraag. Gods aanwezigheid wordt in twijfel getrokken en liefde wordt voorgesteld als een vorm van geweld in plaats van vrede. Het laatste halleluja wordt op een droevige manier gezongen door iemand die het licht niet echt kent.

Betekenis van “Halleluja”

Halleluja is een Hebreeuws woord waarvan het eerste deel lofprijzing betekent (Hallelu of alelu) en het tweede deel een afkorting is van Gods naam (Jah of ya). In het Christendom wordt het gebruikt in de Latijnse vorm (Hallelujah) op verschillende momenten van lofprijzing. In het Jodendom wordt het halleluja gebruikt om psalmen te beginnen of te eindigen.

De Psalmen van David

David staat bekend als de grootste koning van Israël. Tot zijn vele gaven behoren muziek en poëzie. Davids leven is zeer belangrijk voor de drie grote monotheïstische godsdiensten. In het Oude Testament verschijnt hij als harpspeler aan het hof van de koning. Later is hij bekend geworden door het doden van de Filistijnse reus Goliath, waarmee hij de hand van de koningsdochter won.

David wordt koning van Juda, terwijl Isbonet koning van Israël wordt. Met de dood van Isbonet, werd David uitgeroepen tot koning van de twaalf stammen van Israël. Zo verenigde hij Israël en Juda tot één koninkrijk en verplaatste de hoofdstad naar Jeruzalem.

De Psalmen, of Tehillim, is een boek, het grootste in het Oude Testament, bestaande uit 150 lofzangen en profetische gedichten. De meeste psalmen worden aan David toegeschreven en veel ervan verhalen over het leven van deze koning.

*Artikel vertaald door Andrea Imaginario*