Vierkante haakjes

Geschiedenis en terminologie > Terminologie >
MathWorld Bijdragers > Uznanski >

Een of beide vierkanthaaksymbolen worden in de wiskunde in veel verschillende contexten gebruikt.

1. Vierkante haakjes worden af en toe gebruikt in bijzonder complexe uitdrukkingen in plaats van (of in aanvulling op) haakjes, vooral als groepssymbool buiten een binnenste set haakjes, bijvoorbeeld /7.

2. Grote haakjes rond een reeks getallen, b.v. geven een matrix aan. (Het symbool (a b; c d) wordt ook vaak gebruikt).

3. Een vierkant haakje aan een uiteinde van een interval geeft aan dat het interval aan dat uiteinde gesloten is (d.w.z., het getal dat grenst aan het openende of sluitende vierkante haakje is in het interval begrepen).

4. Een eenvoudige doorlopende breuk met partiële noemers b_0, b_1, … wordt soms aangeduid met .

5. Haakjes kunnen worden gebruikt om het kleinste gemene veelvoud aan te geven, b.v. =LCM(10,6)=30.

6. Sommige bronnen (waartoe dit werk niet behoort) gebruiken om de bodemfunctie |_x_| aan te geven.

7. De Gaussische haakjesnotatie staat voor een combinatie van eenvoudige doorlopende breukdeelnoemers die niet gelijkwaardig is aan de doorlopende breuk zelf (maar die wel een verwante grootheid is die nuttig kan zijn voor het recursief berekenen van doorlopende breuken uit de deelnoemers).