Vraag van de dag
God is niet de auteur van de vloek of iets dat met de vloek te maken heeft, zoals ziekte, armoede en dood (Johannes 10:10). Volgens Genesis 8:22 heeft God de wet van zaaitijd en oogst ingesteld. Deze wet wordt ook wel aangeduid als zaaien (het kiezen van een handeling) en oogsten (de resultaten van een handeling). Wanneer we er dus voor kiezen om verkeerd te doen, moeten we negatieve gevolgen verwachten. Galaten 6:7-9 zegt: “Laat je niet misleiden – je kunt niet spotten met de rechtvaardigheid van God. Je zult altijd oogsten wat je plant. Wie alleen leeft om zijn eigen zondige natuur te bevredigen, zal door die zondige natuur verval en dood oogsten. Maar zij die leven om de Geest te behagen zullen eeuwig leven oogsten van de Geest. Dus laten we niet moe worden te doen wat goed is. Op precies het juiste moment zullen we een oogst van zegen oogsten als we niet opgeven.”
De bron van een vervloekt leven is de zonde, en de bron van de zonde is de duivel – niet God. Niets van een vervloekt leven is door God gewild, want Zijn wil is duidelijk geopenbaard door Jezus. Hier is het ware beeld van de bron van de zonde en de vloek: “Maar als mensen blijven zondigen, laat dat zien dat ze bij de duivel horen, die al sinds het begin zondigt. Maar de Zoon van God is gekomen om de werken van de duivel te vernietigen” (1 Johannes 3:8). God’s bedoeling door Jezus is om mensen te bevrijden van zonde en de vloek! Efeziërs 4:27 vertelt ons om geen plaats aan de duivel te geven, en ongehoorzaam zijn aan God is één manier waarop een Christen plaats aan hem kan geven. Ongehoorzaamheid opent deuren naar alles, van ziekte en kwalen tot verderf en dood (Romeinen 6:23). Een van de sleutels om Satan en zijn verderf uit ons leven te weren, is dus dat wij God gehoorzamen (1 Johannes 5:18).
Dat wil niet zeggen dat gehoorzaam zijn altijd gemakkelijk is. Dat is het niet. Maar we kunnen Gods genade ontvangen om ons de kracht te geven om boven de plannen van de vijand uit te leven. En als we zondigen, is het belangrijk dat we begrijpen dat Jezus beschikbaar is – en bereid – om ons te vergeven en ons te reinigen van onze zonden. Het enige wat we hoeven te doen is Hem te vragen ons te reinigen, en het dan te ontvangen (1 Johannes 1:5-10).
Bedenk altijd dat we een goede God dienen, die manieren zoekt om ons te zegenen en niet te vervloeken (Psalm 35:27; Spreuken 10:22; Ezechiël 33:11).