Anton Leeuwenhoek
Anton van Leeuwenhoek, winkelier en stadsportier, werd een bekende Nederlandse natuuronderzoeker die leefde van 24 oktober 1632 tot 26 augustus 1723. Leeuwenhoek wordt door sommigen beschouwd als de uitvinder van de microscoop en door anderen als de vervolmaakter van dit apparaat. Hij was het ook die, aan het eind van de 17e eeuw, gist voor het eerst identificeerde als een levend wezen, dat een integrerend deel uitmaakt van de productie van gegiste dranken. Hem te beschouwen als de voorloper van de microscopie – of althans als een belangrijk onderzoeker op dit gebied – is dus een billijke en coherente maatstaf.
Hij ontwierp en reconstrueerde de verplaatsing van levende prokaryoten in zijn eigen lenzen – hij bezat de grootste verzameling lenzen ter wereld (in totaal meer dan 400 vergrotende lenzen) en observeerde daarmee vrijwel alles wat hem in handen viel.
Zijn microscoop bestond uit een eenvoudige en vrij kleine lens en het was met dit model dat hij beschreef: de prokaryoten; de spermatozoa van insecten, honden en mensen; spiervezels; rode bloedcellen; bloedvaten; protozoa; rotiferen en de intestinale parasiet Giardia lamblia, geïsoleerd uit zijn eigen faeces.
Daarnaast verrichtte hij de eerste beschrijvende studies van de embryologie van sommige zeedieren en kon hij bewijzen dat zelfs de eenvoudigste wezens zich voortplanten.
Omdat velen in die tijd niet geloofden dat zijn apparaat in staat was deze tot dan toe onbekende wereld te onthullen, en om het feit dat hij zijn hele leven zijn methoden van microscopie geheim hield, kregen Robert Hooke en Nehemia Grew opdracht de beste microscoop te bouwen die ze konden om te bevestigen dat Anton niet vals speelde – en dat deed hij niet.
Omwille van deze “onmaatschappelijkheid” duurde het 200 jaar vooraleer de microbiologie echt formeel werd opgestart.
Door Mariana Araguaia
Afgestudeerde biologie